Gletsjers en landschap
Bijna 11% van IJsland is bedekt met gletsjers: dikke pakken sneeuw zijn door hun gewicht samengeperst tot ijs en schuiven langzaam maar zeker van de berghelling af. IJslandse gletsjers stromen vrij snel, namelijk meer dan 1 meter per dag. De grote hoeveelheden meegesleept puin en slijpsel zijn op het uiteinde (eindmorene) en aan de zijkanten (zijmorene) het beste zichtbaar. We bespreken hier een paar gletsjers.
Vatnajökull
De Vatnajökull is op de ijskappen van Groenland (1,8 miljoen km2) en Antarctica (14 miljoen km2) bijna grootste gletsjer op aarde. Hij heeft een oppervlakte van ruim 8.300 km2 en gemiddelde dikte van 400 m tot 900 m. Ter vergelijking: de grootste gletsjer van de Alpen is de Aletschgletscher met een oppervlakte van 129 km2. De Vatnajökull bedekt maar liefst 6 bergen (vulkanen), zoals de Hvannadalshnúkur, met 2.119 m de hoogste top van IJsland, en de Grímsvötn (1.719 m). De ijskap zendt naar vele richtingen gletsjertongen uit. Aan de voet heeft het smeltwater, vooral in het zuiden, grote massa's gletsjerpuin opgehoopt (zgn. sandr), doorstroomd door talloze riviertjes met sterk veranderlijke loop. Gedurende de laatste ijstijd was IJsland geheel bedekt met gletsjers. Daarna werd de ijsmassa steeds kleiner en kleiner, tot 2.500 jaar geleden het klimaat weer verslechterde. De Vatnajökull ontstond toen, en had zijn grootste omvang in de jaren 1600 tot 1890 ('kleine ijstijd'). Sinds 1930 neemt de gletsjer weer in omvang af, vooral de laatste jaren gaat het extreem snel. De uitgang Breiðamerjurjökull is bijvoorbeeld sedert 1890 meer dan 3.500 m korter geworden.
Jökulhlaups
Meer dan 60% van de IJslandse gletsjers ligt in vulkanisch actieve gebieden. Wanneer een met ijs bedekte vulkaan uitbarst ontstaan grote hoeveelheden ijswater die vaak voor kortere of langere tijd een door ijs afgedamd meer vormen. Dit verschijnsel treedt nog steeds op in de gletsjers Eyjafjallajökull, Myrdalsjökull en Vatnajökull. Na verloop van tijd begeeft de ijsdam het, waardoor onvoorstelbaar grote massa's water en ijs onder de gletsjers vandaan over het landschap stromen. Deze gletsjerdoorbraken worden "Jökulhlaups" genoemd. De laatste grote Jökulhlaup van de vulkaan Grímsvötn (onder de Vatnajökull) vond op 1 november 2004 plaats.
Skaftafell
Skaftafell is een bergrug tussen de Skeiðarárjökull en Skaftafellsjökull (twee uitlopers van de Vatnajökull). Dit gebied is sinds 1967 nationaal park. Het biedt prachtige uitzichten op de omringende gletsjers en de Hvannadalshnúkur. 's Zomers worden er korte gletsjerwandelingen en zware skiwandeltochten naar de Hvannadalshnúkur georganiseerd. De Breiðamerkujökull is een uitloper van de Vatnajökull die uitloopt in een gletsjermeer, de Jökulsárlón. In het meer drijven van de gletsjer afgekalfde ijsbergen rond. De witte, lichtblauwe en door gruis grijs en zwart gekleurde ijsbergen hebben de meest uiteenlopende vormen en afmetingen. De rondweg loopt vlak langs dit meer.
Maak jouw eigen website met JouwWeb